PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Au Monde

zondag 30 maart 2014De Munt Brussel

Au

Opera heeft een sociale, politieke boodschap en moet een maatschappelijke situatie tonen, een spiegel zijn van wat er zich afspeelt in het dagelijks leven. Hoe onbehaaglijk dat gevoel ook mag zijn. Het zijn de woorden van Gerard Mortier, voormalig intendant van de Munt (1981-1991) die op 8 maart 2014 overleed. Philippe Boesmans kreeg de eerste kansen van hem om een opera te schrijven. Ondertussen is de componist aan zijn zevende operaproductie die in wereldpremière ging.  Aan Mortier wordt de voorstelling opgedragen. Boesmans zelf kreeg een zeer grote eer. Onder de Royal Box prijkt nu zijn naam als componist op een “pastille”, tussen de Mozarts en de Verdi’s.  Een zeldzaamheid dat een componist nog bij leven zo geëerd wordt.

Au Monde geeft een onbehaaglijk beeld weer over het vreemde tijdsgewricht waar we momenteel in leven. Een scharniermoment zo voelen velen het aan. Maar moeilijk om te definiëren laat staan om in te schatten waar het naartoe zal gaan. Onlangs nog sprak ik met een politiek journalist die veel meer jaren op zijn teller heeft staan dan ikzelf. Ook hij bleek het even niet meer te weten waar het allemaal naartoe gaat met deze wereld en maatschappij. In Au Monde stelt de jongste dochter, een aangenomen dochter die zich niet geliefd/aanvaard voelt in het gezin , dat ze valt voor alles wat oud is: “Ik hou van alles wat getekend is door de tijd.” zegt ze tegen haar “vader” waarop hij “Ze spreekt toch goed, dit kind” antwoordt.  Voor hem zal ze nooit een echte dochter zijn, ze beeldt zich in dat dat ooit zal gebeuren. Het charmeoffensief lijkt te doorzichtig.

Ze valt ook uit haar rol, de man, haar “vader” vousvoyeert ze nog. De echte dochters wijzen haar daar op. Zelf blijkt de man het ook steeds minder te weten. De vader erkent en herkent de jongste dochter niet, later weet ie niet wie de tweede dochter is. Hij takelt dus af. Ook de partituur voor Frode Olsen die de aftakelende vader neerzet, is zo geschreven. Vocaal gaat ie er namelijk in de opera op achteruit. Zo hoort dat ook als je zo waarheidsgetrouw mogelijk een situatie wil neerzetten op het podium.

“Ik leef met de waarheid. Mensen hebben nood aan de waarheid. Zo gaan we de wereld redden. De waarheid is gevaarlijk” luidt het uit de mond van de man van de oudste dochter die zwanger is. Een eeuwigheid lijkt ze wel zwanger volgens dochter twee, en van wie is ze eigenlijk zwanger? Dat ze het zelf niet weet.

Dochter twee is een TV ster, de enige die trouwens in het begin van de voorstelling gekleurd gekleed door het leven gaat.  Maar haar kleur zal al snel wegdeemsteren en uiteindelijk gaat ook zij net als het merendeel in het zwart gekleed. Zij beseft gaandeweg dat ze zichzelf niet kan zien, niet wil zien. Ze vreest ook blind te worden net als Ori. (blind zijn, is hier een familiale aandoening, symbool voor oogkleppen op hebben, onvoldoende in het leven staan) En ook het herkend worden op straat, daar ligt ze zwaar mee overhoop. Maar vooral met zichzelf al met al, en het typetje dat ze speelt op TV. “Je bent zo grappig” zien we haar zussen zeggen, terwijl ze op het podium (in “real life”) verre van een gangmaker is.  “Ze heeft het wat lastig … Vrouwenprobleempjes” antwoordt de aangenomen jongste dochter fijntjes.  Angst boezemt haar in nu er een man in de stad blijkt die vrouwen ombrengt bij nacht. Televisie wordt bekritiseerd als medium die angsten buiten proportioneel vergroot en opwekt. Of echte emoties doet ontstaan via valse/geënsceneerde beelden (het hondje dat doodgaat).  Televisie is geen weergave van de werkelijkheid.  Het vervormt iemands denkbeeld, maatschappijvisie, hoe we er werkelijk voor staan. Een programmavoorstel blijkt later hét einde te zijn: honden het Laatste Avondmaal laten spelen op televisie. Top televisie wordt dat gegarandeerd.

Het minste wat je kan zeggen, is dat Au Monde via de nostalgische muziek (die dubbelzinnige accordeon!), de roep naar vrijheid, en alle onzekerheden die daarmee samengaan, het desolate gevoel, het gevoel van wanhoop, het in een doodlopende straat zijn beland, er niet uit kunnen en terugkeren naar de nostalgie van vroeger geen optie lijkt in het vooruitgangsdenken, opwekt, vertaald in een partituur die flirt met de tonaliteit. “Ik, ik zal jullie eens zeggen hoe ik de toekomst zie. Binnenkort wordt werken overbodig, als een ziekte uit een vervlogen tijd. Niemand zal nog werken omdat dat niet meer nodig zal zijn. En dan zullen we alle tijd hebben. En dan zullen we vrij zijn, en echt vrij. Ja, echt vrij.” zingt colaratuursopraan Patricia Petibon als tweede dochter die opvallend meer melodie mag maken dan haar collega’s. Hier refereert Boesmans al even naar My Way van Sinatra. Petibon kent dus een opmerkelijk Muntdebuut te meer omdat de rest van de cast voornamelijk in het lage register blijft en eerder sprekend zingt. De vier mannen in dit werk zijn twee bassen, een bas-bariton en een tenor. De oudste dochter is geschreven voor een mezzo, enkel de jongste dochter kent ook een partituur voor een sopraan.  

Dan is er nog de vreemde vrouw, in dienst genomen om de oudste dochter in haar toestand te ondersteunen. Ruth Olaizola neemt die rol voor haar rekening. Ze is een van de favoriete actrices van Joël Pommerat (tekst en regie) die de rol ook in het theaterstuk creëerde tien jaar geleden en die deze ook vertolkte bij de recente herneming ervan. Niemand begrijpt de vreemde vrouw. Olaizola verzon namelijk een van het Baskisch afgeleide taal. Wanneer zij aan het woord is, wordt ze dan ook niet boventiteld. Ook niet wanneer ze passioneel, vurig iets minutenlang blijkt te zeggen. Op zo’n moment zitten de toeschouwers er erg ongemakkelijk bij in hun pluche zetels.

Niemand dus die haar begrijpt, ook het publiek niet en ze doet werkelijk niets ganse dagen aan een stuk.  Zo lijkt het althans. En toch is ze wie ze is.

Ori die net zijn job met toekomst bij het leger heeft opgegeven voor het grote onbekende, lijkt blind te worden voor de toekomst. Of hij de ijzerfabriek wil overnemen van vader – “we wachten vol ongeduld op een aantal van onze resultaten af. De markt loopt storm voor ons oud ijzer.” luidt het - maar Ori twijfelt. Net zijn komst blijkt de onzekere situatie te versterken. Elk personage wordt daarnaast binnen  dat onzeker scharnierpunt, die onzekere context, ook nog eens geconfronteerd met het eigen scharnierpunt, met de eigen onzekerheden, de toekomst en keuzes die gemaakt moeten worden.   

Uiteindelijk zal het de vreemde vrouw zijn die mogelijks het antwoord biedt waar de omgeving en elk individu naartoe kan gaan.  In de droomsequens van de jongste aangenomen dochter klinkt het “For what is a man, what has he got. If not himself, then he has not. To say the things he truly feels…” uit Sinatra’s My way.  Waarachtigheid en oprechtheid, ook al voelt het in zijn opera context vreemd aan om “My way” te horen, het kan een antwoord bieden.  Maar of we ooit écht vrij zullen zijn? ... Fragmenten uit het nummer horen we drie keer met telkens een andere orkestratie.

Au Monde is dus gedurfd en innovatief. Pommerat werkt met één spanningsboog, door vragen te blijven oproepen ook ver voorbij de helft van de voorstelling. Nauwelijks lost hij antwoorden. De kijker stuurt hij dus ook met vragen naar huis met daarbovenop een onbehaaglijk gevoel. Ook het orkest doet erg vaak een neerwaartse beweging en houdt het laag. Het valt ons op dat onze kin steeds meer zakt. Ook het decor, één zwarte, tamelijk kale ruimte met beperkte witte lichtstrepen maken slechts één weg mogelijk:  die van de introspectie zoals het effect dat ook Romaanse architectuur bekomt.

Au Monde is zo’n opera die je niet naar de hemel doet staren, blij, vol goede moed de toekomst tegemoet. Het is wel een opera die diepe reflectie afdwingt, die de toeschouwer vraagt om stil te staan bij het innerlijke zelfbeeld en de eigen aspiraties, waar we staan in de maatschappij, en waar de maatschappij op zijn beurt zich verhoudt tot iets groters.

 Au Monde is dus voornamelijk een situatieopera - veel gebeurt er niet, de verveling, het wachten is alomtegenwoordig - die beschrijvend werkt en de invulling overlaat aan de individuele toeschouwer. Een opera die een inspanning vergt. Het kan alvast iets opleveren:  dat u niet als “une vraie poire” (een naïef schaap) blind door het leven gaat.

< Bert Hertogs > 


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter